Menu:

Solidariteitsprojecten van, voor en met blinde en slechtziende mensen.

SPORT VOOR MENSEN MET EEN VISUELE HANDICAP

U kan de foto vergroten via een muisklik of via de entertoets.

Al wie regelmatig aan sport doet, zal het volmondig beamen: sport is leuk, gezond voor lichaam en geest en de perfecte manier om stress af te reageren. Bovendien is clubsport een sociale bezigheid. Uiteraard is dat net hetzelfde voor wie blind of slechtziend is. We vertellen u wat meer over de sportmogelijkheden voor mensen met een visuele beperking.

Een blinde of slechtziende ervaringsdeskundige kan u nog veel meer vertellen over het leven met een visuele handicap. Zo’n rechtstreeks gesprek en het 'zelf ervaren' laten een diepere indruk na dan het lezen van een tekst. Geïnteresseerd? Vraag een workshop, vorming of inleefactiviteit aan bij Licht en Liefde: tel. 0473 95 18 99, vorming@lichtenliefde.be.

Kunnen blinden en slechtzienden aan atletiek doen?

Bij heel wat sporten moet een afstand afgelegd worden. De blinde of slechtziende atleet heeft dan een begeleider. Beide atleten zijn met elkaar verbonden door een brede elastiek rond de armen. De atleet met een visuele beperking bepaalt de snelheid, de begeleider moet dus steeds een klein beetje achter hem blijven.

Er zijn ook mensen die tandemwielrennen. En wat dacht u van begeleid skiën: de begeleider skiet dan voor of achter de persoon met visuele handicap en ze communiceren met elkaar via een microfoon in de helm.

Er bestaat een internationaal herkenningsteken voor blinde en slechtziende sporters: drie zwarte bollen op een gele ondergrond. Heel wat sporters gebruiken een sporthesje met dat teken erop, maar er bestaan ook armbanden en badmutsen. In België draagt de begeleider vaak een geel hesje met een zwart uitroepteken erop.

Sporten blinde en slechtziende atleten samen op de Paralympics?

Nee, tijdens de Paralympics nemen deelnemers met 'dezelfde' beperking het tegen elkaar op. Voor atleten met een visuele handicap zijn er drie categorieën. Een oogarts van de Paralympische Spelen bepaalt in welke categorie de sporter terechtkomt. Zo zijn de deelnemers van elke competitie gelijkwaardig.

Dit zijn de categorieën:

  • T11: volledig blinde personen
  • T12: zwaar slechtziende personen
  • T13: licht slechtziende personen.

Hoe hoog kan een blinde topsporter springen?

Bij het hoogspringen neemt de blinde atleet een aanloop, net zoals goedzienden dat doen, maar over een kortere afstand. De begeleider staat achter de lat en roept, om de richting aan te geven. Na 9 tot 12 passen stoot de blinde atleet af. Door intensieve training leren de blinde en slechtziende topsporters exact de afstand in te schatten en aan te voelen met hun lichaam. Hun sport is dus een stuk moeilijker dan die van goedziende hoogspringers!

Een topsporter in klasse T11 springt algauw 1 meter 80. In T13 is dat 1 meter 90 tot 2 meter.

Wat is het verschil tussen torbal en goalbal?

Goalbal en torbal zijn balsporten die mensen met een visuele handicap vlot kunnen beoefenen. Heel leuk is dat blinden en zienden samen in een team kunnen spelen, want alle spelers dragen een geblindeerde skibril. Zo staat elke speler met gelijke wapens op het veld. Een ploeg telt drie personen, het geslacht maakt niet uit.

Goalbal en torbal lijken op elkaar, maar er zijn toch enkele duidelijke verschillen. Goalbal is een Paralympische sport en wordt dus in de hele wereld beoefend, torbal niet.

Een torbal is ongeveer zo groot als een volleybal, een goalbal is groter. Beide ballen hebben binnenin kleine belletjes, zodat de spelers de bal kunnen lokaliseren. Goalbal wordt gespeeld op een groter speelveld dan torbal.

De spelers werpen de bal onder drie touwen die over het speelveld gespannen zijn. Ze proberen de bal zo te gooien dat hij de doellijn overschrijdt, terwijl de tegenspelers dat trachten te beletten. Tijdens het spel moet volledige stilte worden bewaard, om het geluid van de bal niet te verstoren. Goalbal en torbal vergen van de spelers een goede basisconditie, een groot oriëntatievermogen en opperste concentratie. En het publiek, dat moet zich helemaal kunnen inhouden!

Hoe kan een blinde boogschutter in de roos schieten?

Bernard Breemeersch vertelt:

“We staan tegen een statief met een verticale staaf waaraan een klein bolletje hangt. Daar moet je met je hand tegen rusten. Na elk schot zegt een begeleider waar de pijl is beland, zodat we bij de volgende poging kunnen bijsturen. In het midden van de roos hangt een cd. Wanneer we die horen kraken, weten we dat we prijs hebben. Indoor schieten we vanop 12 meter en outdoor van op 30 meter. Je moet stabiel staan, krachtig zijn en een vaste hand hebben. Elke kleine beweging kan de pijl doen afwijken, dat is ook zo bij ziende schutters.”

© Blindenzorg Licht en Liefde, 2014